In 1976 werd Stichting Maastricht Vestingstad (SMV) opgericht.
In de allereerste publicatie werd dit als volgt aangekondigd:
Op instigatie van leden en bestuur van Artefakt, Vereniging voor Jeugd en Geschiedenis, is een procedure in het werk gezet om een stichting op te richten die tot doel heeft de vestingwerken van Maastricht te onderzoeken en zoveel mogelijk in het werk te stellen om deze voor Nederland werkelijk unieke vestingwerken te behouden en te restaureren.
In de statuten die op 27 augustus 1976 door de notaris officieel werden bevestigd, wordt het doel van de stichting op een meer formele manier omschreven.
De bedoeling van de stichting is echter duidelijk.
We kunnen gerust stellen dat SMV een vliegende start heeft gekend. In het oprichtingsjaar is de route van de stichting uitgestippeld en op de weg die destijds werd ingeslagen is de volgende jaren gestaag verder gewerkt. SMV is sinds haar oprichting bezig geweest op een groot aantal gebieden.
SMV is sinds haar oprichting bezig geweest op een groot aantal gebieden.
-de werkgroep kazematten
-het verzorgen van publicaties
-het uitgeven van het tijdschrift Om de Vesting
-het opbouwen en onderhouden van een archief
-het verzorgen van rondleidingen (vestingwerken en omwallingen)
-het bouwen van maquettes
-het waken over de vesting
-het bewerken van overheden
-het onderhouden van contact met geestverwanten
-het bouwen en gebruiken van kanonnen en mortieren
-het inventariseren van inscripties
-het coachen van de vrijwilligers
-het verzorgen van lezingen en exposities
-het openstellen van de Helpoort, ons Infocentrum
-het werven van donateurs, sponsors en vrijwilligers
-het organiseren van een eigen website
-het opzetten van een eigen PR beleid
Veel tijd gaat zitten in ondersteunende werkzaamheden zoals het zoeken van geld en huisvesting en natuurlijk kan geen enkele organisatie functioneren zonder overleg en communicatie. Door de geestdrift die werd besteed aan het uitvoerende werk, zijn deze ”bijkomstigheden” soms op de achtergrond geraakt.
Dat is misschien wel de belangrijkste reden waarom de Stichting niet nog meer heeft bereikt en nog niet zo groot is als we zouden willen, maar hier wordt aan gewerkt.