• Fort Koning Willem I

    Fort Koning Willem I is gebouwd in de laatste periode waarin delen van de vestingwerken van Maastricht ingrijpend werden aangepast. Het fort is tussen 1815 en 1818 aangelegd als onderdeel van de moderniseringswerkzaamheden in opdracht van Koning Willem I. De directe aanleiding voor de bouw van Fort Willem was de terugkeer van Napoleon uit zijn verbanningsoord Elba op 1 maart 1815 en de angst voor hernieuwde grote oorlogen in Noordwest Europa.Ondanks het feit dat Napoleon al op 18 juni 1815 bij Waterloo definitief werd verslagen, is Fort Willem 1 in de daarop volgende drie jaar toch in zijn geheel gerealiseerd. luchtfoto van zo’n 40 jaar geleden Fort Willem .

    luchtfoto fort willemOp de voorgrond Caberg eveneens veilinghallen Ruimtelijk Mobiliteitspakket uit Maastricht Noord (RMP Noord) CultuurwaardenonderzoekDeelrapport Archeologie juli 2011

     

    Nadat in 1814 de Caberg was opgemeten en in kaart gebracht werd een jaar later op het zuidpunt van deze hoogte begonnen met de aanleg van fort Koning Willem1. De eerste, tevens voornaamste bouwfase kon al in september 1815 worden afgesloten het aanvankelijk geheel uit aarde bestaande fort werd in 1816 en de jaren daarop bekleed met gemetselde muren. Het fort kon worden gebruikt om de noordelijke vestingfronten te beveiligen maar was ook in staat om samen met fort Sint-Pieter kruisvuur te geven voor de Hoge Fronten. Tevens werd het terrein van de lage Fronten bestreken. Fort Willem 1 ligt aan de kruising van de Cabergerweg en de Fort Willemweg op de hooggelegen rand van de terrassen van Caberg. De afstand tussen het fort en de Hoge Fronten bij de Statensingel is circa 300 meter. Door de hogere ligging was de Caberg van groot strategisch belang voor de verdediging van de stad. De ontwikkeling van verdragend geschut sinds de 15e eeuw maakte dat de hoger gelegen gebieden direct buiten de stad door belegeraars gebruikt konden worden om de vestingwerken en omwalling te beschieten en te vernielen. Vauban merkte dat reeds op in 1673! Bij de belegering door de Fransen in 1794 maakten de Fransen gebruik van deze hoogten en vernielden een groot gedeelte van de toenmalige Bossche Fronten.

    Bosche en Hoge FrontenRMP Noord - Gemeente Maastricht juli 2011 pagina 33 Overzicht van Maastricht en de Bossche en Hoge Fronten vanaf de Caberg tijdens het Franse beleg in 1748, o.l.v. Koning Lodewijk XV. Schilderij van Louis Nicolas van Blarenberghe (1716-†1974), waarvan het origineel in het Châteaux de Versailles et de Trianon hangt (bron: Daenen et al. 2001; pagina 69).

    Fort Willem is als een reactie op de inname van Maastricht door het Franse republikeinse leger in 1794, waarbij de stad voornamelijk aan de kant van de Bossche Fronten werd belegerd. Fort Willem moest dus een betere verdediging van het noordwestelijke en noordelijke vestingfront mogelijk maken. Daarnaast kon het fort samen met Fort Sint Pieter een kruisvuur voor het westelijke vestingfront leggen, waardoor een aanval aan deze zijde van de stad ook bemoeilijkt werd. Fort Willem is een vestingwerk gebouwd in de vorm van een onregelmatige vijfhoek. De vijf zijden van het vijfhoekige fort worden respectievelijk facen, flanken en keel genoemd.

    De twee naar buiten gerichte zijden heten facen en de naar achtergelegen zijden heten flanken. De keel verwijst naar de achterkant van het fort aan de stadszijde die door een muur met een centrale monumentale poort werd afgesloten. Binnen het fort lag een bomvrije kazemat, waar soldaten een veilig onderkomen konden vinden en munitie en proviand werden opgeslagen. Rond het fort liep een droge gracht en glacis, een aflopende helling aan de buitenkant. Verder lagen aan de zuidkant een bedekte weg, de zogeheten Kastanjelaan, die de verbinding vormde met de Hoge en Lage Fronten, en een klein wachtlokaal direct buiten de monumentale poort in de keel.

    Het fort Willem 1 had i.t.t. Fort Sint Pieter geen mijnenstelsel, hoewel de gelegenheid tot aanleg daarvan aanwezig was.

    Tijdens zijn actieve bestaan tussen 1815 en 1867 heeft Fort Willem geen militaire acties meegemaakt. Alleen de periode 1830-1839 toen de Zuidelijke Nederlanden zich afsplitsten van het Koninkrijk der Nederlanden en de Staat België stichtten maar Maastricht in Nederlandse handen bleef, is enigszins spannend geweest zonder dat dit werkelijk tot militaire acties leidde bij Maastricht.


    plattegrond fort willemPlattegrond van Fort Willem 1
    1. Saillant 2. Schouderhoeken 3. Keelmuur 4. Poterne; de toegang tot de poterne is volgestort en dus niet meer bereikbaar. 5. Traverse 6. Kazemat 7. Bedekte weg ( kastanjelaan) 8. Bedekte weg die als een ketting rondom het fort loopt 9. Glacis 10. Ringgalerij

    Beschrijving van Fort Willem 1:

    • Het revêtement van escarp met een hoogte van 9,30 m en contrescarp 6,70 m hoog is uitgevoerd in baksteen; het cordon en de hoekblokken bestaan uit harde mergelsteen, terwijl de drie lichtspleten in het bovenstuk van de linkerflank een omlijsting van hardsteen hebben.

    • De keelsluiting van het fort bestond uit een bakstenen muur ongeveer 2,60 hoog, voorzien van schietgaten met hardsteen bovendorpel en afgedekt met enkele mergelstenen lijst.in het midden van de keermuur bevond zich een monumentale poort. Boven de boog stond het opschrift “Fort Koning Willem 1”.

    • In het terreplein lagen de toegang tot de poterne naar de ringgalerij, een kruistraverse en een waterput. • De westzijde van het terreplein wordt ingenomen door de kazematgevel, het hoofdgedeelte daarvan heeft in het midden een toegangspoort met rondboog, aan weerszijden geflankeerd door drie van blinden voorziene vensters met segmentboog. In de gevel wordt naast baksteen hardsteen ruim gebruikt.

    • Inwendig bestaat de kazemat uit een grote ruimte en twee kleinere gewelven. De hoofdruimte is afgedekt met kruisgewelven op 4 vierkante pijlers en een aantal pilasters. De kleinere ruimtes hebben een rondboog. Het geheel is hoofdzakelijk uitgevoerd in baksteen.

    • In de noordoosthoek van de hoofdruimte geeft een kromme naar beneden gaande trap van 19 treden toegang tot de ringgalerij achter langs de escarp en contrescarp.

    • De ringgalerij is onderverdeeld in 136 ruimtes van circa 5.50 x 3m. de vloer van deze vertrekken is van baksteen een tongewelf fungeert als plafond. De doorgangen in de scheidingsmuren zijn halfrond gesloten.de frontmuur van deze ruimtes is voorzien van vijf of soms vier straalsgewijs aangebrachte schietgaten, waardoor de droge gracht bestreken kon worden

    • In de meest zuidelijke ruimte van de galerij bevindt zich de toegang tot een poterne naar het terreplein.

    • De contrescarpgalerij heeft aan beide eindpunten een uitgang op de droge gracht.

    • Voor de saillant van het fort bevindt zich een verzonken gang, die het gedeelte van de ringgalerij achter de escarp en die van de contrescarp onder de gracht door verbindt. Vanuit de ringgalerij kun je via twee trappen deze gang bereiken.

    • Door het gewelf van de halfronde gedekte galerij gaan drie verticale vierkante schachten. Deze schachten zijn op de bodem van de gracht door een hardstenen deksel afgesloten.

    • De toegang van uit de vesting dwars door het glacis was een bedekte weg, de kastanjelaan.

     keermuur fort willemTekening uit circa 1900 van keermuur, centrale monumentale poort en wachtershuisje aan achterzijde van Fort Willem (bron: Heijden en Notermans 1987; pagina 38).

    Toen in 1867 de vesting werd opgeheven werd de weg vrijgemaakt voor de afbraak van de verdedigingswerken rondom de stad. De sloop van de vestingwerken en de stadsomwalling uit de 15e eeuw werd voortvarend ter hand genomen om de versterking buiten staat van verdediging te brengen zodat militaire handelingen bij Maastricht in de toekomst voorkomen konden worden, en verder om stadsuitbreiding en de groei van de opkomende industrie mogelijk te maken. Daarbij speelde mogelijk ook de hoge kosten voor het onderhoud van bestaande en de aanleg van nieuwe fortificaties een rol bij het besluit tot ontmanteling door de Nederlandse Staat.

    Desalniettemin bleef een aanzienlijk garnizoen ook na 1867 in Maastricht aanwezig en bleven een aantal terreinen in het beheer van het Nederlandse leger. Hieronder vielen de zuidwestelijke helft van Fort Willem en de Hoge Fronten, die mede dankzij de toenmalig gehandhaafde militaire functie (schietterrein) tot aan de dag van vandaag bewaard zijn.

    Het noordoostelijke deel van Fort Willem werd overgedragen aan het Ministerie van Financiën en in 1869 werd een sloopbestek uitgevaardigd. De aannemer verantwoordelijk voor de sloop moest de wallen van het noordelijk deel van het fort afgraven en de vrijgekomen grond in de droge gracht storten. Het muurwerk van het fort moest een halve meter onder het maaiveld worden gesloopt. Tevens werden het oostelijke deel van de keel, de monumentale poort aldaar, en het externe wachtlokaal afgebroken. Tot slot is de Kastanjelaan, de bedekte weg tussen het Fort en de Hoge en Lage Fronten, die het aanzien had van een holle weg, grotendeels onherkenbaar geworden in het landschap.Tegenwoordig loopt hier een fietspad, die de Cabergerweg en de Fort Willemweg verbindt.

    Niettegenstaande de sloopwerkzaamheden bleef het grootste deel van Fort Willem tot de dag vandaag bewaard. In aanvulling hierop kan ook niet uitgesloten worden dat zich nog archeologische resten in de ondergrond bevinden binnen het afgebroken deel van het fort zoals bijvoorbeeld het wachtlokaal, waarvan mogelijke archeologische resten direct bij of ergens onder de Fort Willemweg liggen.

    schietterrein hoge frontenPlattegrond van schietterrein op Hoge Fronten en Fort Willem aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw (bron: Minis en Notermans 2005; pagina 23).

    Op dit moment (2014) wordt een gedeelte van de bovenzijde van het fort gebruikt als speeltuin. Daarnaast heeft de studentenvereniging Tragos haar domicilie in een gedeelte van het fort.

    a. Bewapening
    In tegenstelling tot fort St.Pieter kende fort Willem geen overdekte geschutsopstelling; het geschut kon op het binnenterrein worden opgesteld achter een aantal aarden wallen. In de linker flank van het fort werd een kazemat gebouwd, die als bomvrije kazerne en als magazijn bedoeld was. In 1820 ging men ervan uit dat in fort Willem duizend man en 36.000 pond buskruit bomvrij konden worden ondergebracht. Het fort was geschikt voor een bezetting van 1000 man, tevens een opslagcapaciteit voot 36000 pond buskruit.

    b. Huidige status
    Het was op 16 oktober 1869 dat in het kader van de ontmanteling van de vesting Maastricht bestek nummer 18 werd aanbesteed. In dat bestek werd ‘het slechten van het noordelijk deel van het fort Koning Willem 1’ geregeld. We kunnen daar lezen dat de aannemer de wallen bovenop dit deel van het fort moest afgraven en dat hij met de vrijkomende grond de droge gracht moest vullen. Het metselwerk zou tot een halve meter onder het bovenvlak worden gesloopt en ook de galerijen zouden gedeeltelijk worden afgebroken en dicht gemetseld. Gelukkig werd dit bestek niet naar de letter uitgevoerd en kunnen we tegenwoordig constateren dat het gangenstelsel volledig intact is gebleven. De aannemer moet voortvarend aan de slag zijn gegaan, want we lezen dat in december bij de sloopwerkzaamheden een arbeider uit Rekem om het leven kwam. De gemeente Maastricht kreeg het geëgaliseerde noordelijke deel van het fort in bezit en richtte daar de gemeentelijke boomkwekerij in, het zuidelijke deel bleef militair terrein.
              Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er vanuit de Lambertusparochie het initiatief op het fort een speeltuin in te richten. Daartoe werd in 1946 de stichting Futura opgericht. Behalve met de gemeente had deze toen ook te doen met de minister van Oorlog, die de militaire gronden onder voorwaarden beschikbaar stelde. Na een korte aanloopperiode was de ‘Kinderspeeltuin Fort Willem’ in 1947 een feit en tot op de dag van vandaag kunnen de kinderen van Maastricht boven op het fort gedurende een groot deel van het jaar terecht.
              In 1947 werd op initiatief van kapelaan Funken van de Lambertusparochie onderzocht of de kazemat van het fort zou kunnen worden ingericht tot Vormingscentrum van het Katholieke Arbeiders Jeugd (K.A.J.) . Om het idee te verwezenlijken moesten in het interieur van de kazemat allerlei wandjes worden afgebroken en daarna kreeg men pas goed zicht op de ‘prachtige ruimten onder de gave gewelven’. Na verbouwing ontstond er een echte jeugdherberg met keuken, conservatiezaal, slaapzalen en een heuse kapel. Buiten was er een terras en om voldoende licht binnen te krijgen werden twaalf nieuwe ramen gemaakt.
              In 1952 werd de kazemat door Domeinen mede in gebruik gegeven aan de organisatie Bescherming Bevolking (BB) en gaf die het jaar daarna aan dat zij het gebouw tot provinciale commandopost wilde gaan inrichten. Daarvoor moesten er ingrijpende aanpassingen worden doorgevoerd zo zou er een luchtverversinginstallatie komen en zouden de twaalf ramen weer worden dicht gemetseld. De K.A.J. zag dat als medegebruiker niet zitten en liet weten het pand met ingang van 1 januari 1954 te zullen verlaten. Daarna werd het gebouw aangepast aan de behoeften van de BB en werden onder andere de nieuwe ramen weer dicht gemetseld. In 1961 liet de BB weten dat de commandopost moest worden aangepast voor de ‘nucleaire oorlogsvoering’ en daartoe zouden er voor een bedrag van 250.000 gulden nieuwe technische voorzieningen worden aangebracht. De geheel vernieuwde provinciale commandopost, inclusief een nieuw gebouw onder de wallen van het fort, werd in juni 1966 door minister-president Cals geopend. Deze commandopost bleef in het gebouw gevestigd tot 1992 toen de BB allang was opgeheven en de val van de Berlijnse Muur en het IJzeren Gordijn het einde van de Koude oorlog hadden betekend.
              Na een paar jaar van leegstand werd de kazemat in 1994 aan Brouwerij Heineken in erfpacht gegeven om er de studentenvereniging Tragos in onder te brengen. Deze heeft enkele jaren later opnieuw een ondergronds deel aan het gebouw toegevoegd en maakt er tot op de dag van vandaag gebruik van.
              Met de speeltuin en de studentenvereniging kunnen we stellen dat het fort een bestemming heeft en ook wordt beheerd. Het is jammer dat historisch/toeristische rondleidingen nog niet goed van de grond zijn gekomen. Een bezoek aan de imposante dubbele rondgaande galerij en aan het nog bestaande deel van de droge gracht is de moeite waard, maar moeilijk te realiseren omdat de enige toegangsmogelijkheid via de feestzaal van de studentenvereniging loopt. Er is oorspronkelijk nog een tweede toegang geweest, die bij het egaliseren van een deel van het fort is komen te vervallen. Stichting Maastricht Vestingstad en Stichting Menno van Coehoorn pleiten bij de gemeente Maastricht al jarenlang voor het herstellen van deze historische toegang zodat rondleidingen mogelijk worden.

    Het verleggen van de westelijke aanlanding van de Noorderbrug betekent ook dat Fort Willen en de Werken van Du Moulin door een grote en intensief gebruikte verkeersader gescheiden dreigen te raken. Ook hier pleiten beide stichtingen voor een goede verbinding voor voetgangers zodat de samenhang van de vestingwerken ter plekke ook kan worden beleefd.

  • SMV-Nieuwsbrief no.05 2015